Duoblog Mieke Hoezen en Richard Lennartz: 'Mag ik pizza laten bezorgen?’

Weblogs

Donderdag is thuis een logistiek onmogelijke dag. Door alle avondactiviteiten eten de kinderen en ik niet samen, en er is ook nauwelijks tijd om te koken. Meestal maak ik een ovenschotel voor mijn dochter en mij, en eet mijn zoon een kliekje van eerder die week. Vandaag zijn er helaas geen kliekjes. Ik had bedacht dat hij maar een ei voor zichzelf moet bakken. Terwijl ik in de trein naar huis zit, appt hij “eieren zijn op. Mag ik pizza bellen?”.

Mieke Hoezen lachend op de foto

Nee, ik wil niet dat je pizza belt

Mooi dat dat niet doorgaat. Hij weet dat ik geen fan ben van vet, zout, commercie en fietskoeriers. Dus ik app terug “Haal maar iets makkelijks voor jezelf in de winkel. Kun je meteen melk en eieren meebrengen?”.  Als ik een halfuur later in de bus stap, krijg ik een Tikkie van 12,50 euro voor “eten”. Ik betaal meteen. Als ik thuiskom, is mijn zoon al naar voetbal. Ik haal de ovenschotel uit de oven, en zie op het aanrecht de kassabon liggen: melk en eieren, samen 5,30 euro.

Wat heb je eigenlijk gegeten?

’s Avonds na voetbal, volleybal en mijn vergadering kom ik in zo’n heerlijke puberdiscussie terecht, waarbij mijn zoon een tegenvraag stelt op mijn vraag wat hij uiteindelijk gegeten heeft. Hij gaf nog geen 8 euro aan avondeten uit. Maakt het dan uit dat daar geen bonnetje bij zit? Nee, in principe niet. Ik vind 7,20 euro niet veel voor een makkelijke maaltijd. Waarom is het dan zo belangrijk dat ik weet waaraan hij het geld uitgaf?

Waarom is het belangrijk om te weten waar het geld naar toe gaat?

In mijn huishouden is dit van belang, omdat ik geen geld wil uitgeven in winkels met een bedrijfsvoering waar ik niet achter sta. En omdat ik wil dat mijn kinderen gezond eten. In mijn werk is het extra van belang om te laten zien waar ons geld naartoe gaat. Marktpartijen en burgers moeten kunnen zien waar we de overheidsmiddelen aan uitgeven. Om vriendjespolitiek te voorkomen, om gelijke kansen te creëren, en zodat iedereen ziet dat we het geld doelmatig besteden.

Wat vind jij? Moeten we ook voor kleine uitgaven transparant zijn als inkopende diensten?

Mieke is onderdeel van het ecosysteem (semi)publieke inkoop. Onder andere vanuit haar rol als Product Owner Sourcing bij netwerkbeheerder Alliander.

Reactie van vaste tegenlezer Richard Lennartz

Richard Lennartz

Er zit voor mij wel een verschil tussen inkopende diensten die hun `eigen geld ‘uitgeven versus inkopende diensten die publiek geld uitgeven. Ik zeg bewust niet privaat versus publiek. Er zijn namelijk private partijen die eigenlijk gewoon geld van de samenleving uitgeven. Geld dat voortkomt uit opgehaalde premies en belastingen. Zorgverzekeraars en zorginstellingen vallen voor mij in die categorie, net zoals kinderopvang en woningcorporaties. Waar de grens precies ligt kan ik zo niet aangeven. Je hoeft het ook niet met me eens te zijn; zo kijk ik er in elk geval naar.

Bij publiek geld: maximale transparantie

Hoe meer transparantie, hoe minder corruptie. Bij Transparency International kunnen ze je daar van alles over vertellen. Wat er in de Oekraïne zichtbaar werd toen de prijzen van militaire maaltijden openbaar werden, vind ik een goede illustratie waarom je maximaal transparant moet zijn. Mocht je denken `zoiets gebeurt hier niet, dus transparantie is om die reden niet nodig’, wees dan transparant om het nemen van goede beslissingen te stimuleren. De wetenschap dat iets openbaar wordt, leidt ongetwijfeld tot net iets beter nadenken, tot net iets meer weloverwogen nemen van besluiten.

Nu begrijp ik ook dat volledige transparantie over alles ook weer niet wenselijk is. Volledige transparantie zou soms juist verlammend kunnen werken, of commercieel voordeel en daarmee diens concurrentiepositie (ook internationaal) kunnen aantasten. Waar de grens van transparantie in de inkoop zou moeten liggen, durf ik ook niet precies aan te geven. Gedegen onderzoek naar de effecten zou me helpen mijn mening te vormen.

Hoeveel geld we uitgeven aan welke leverancier vind ik echter wel een ondergrens

Daar hoort ook de bakkerij voor de Haagsche Bossche bollen bij evenals het favoriete restaurant op ’t Plein. Dat klinkt heel klein. Is het ook. Maar de impact kan weleens groots zijn.

In elk geval vind ik het niet meer dan fatsoenlijk dat we de burgers en bedrijven die het geld ophoesten, laten weten waar we het geld naartoe brengen. Bij makkelijke maaltijden voor 7,20 euro stel ik toch wel een paar vragen. Die vragen leiden dan misschien tot minder vaak de vraag `mag het mam’ of iets vaker tot het kopen van een iets-minder-makkelijke-maar-wel-lekkere-maaltijd.

Voor nu in elk geval: eet smakelijk!

Richard is onderdeel van het ecosysteem (semi-)publieke bedrijfsvoering; o.a. als directeur Rijksinkoopsamenwerking

Reactie toevoegen

U kunt hier een reactie plaatsen. Ongepaste reacties worden niet geplaatst. Uw reactie mag maximaal 2000 karakters tellen.

* verplichte velden

Uw reactie mag maximaal 2000 karakters lang zijn.

Reacties

Er zijn nu geen reacties gepubliceerd.